De eerste winteruitvoering. De uitvoeringen werden muzikaal omlijst door de Boerenkapel van de R.K. Fanfare “Sint Cecilia” o.l.v. C. van Kuijck.
Polly, een jonge, knappe weduwe, heeft tijdens een bootreis kennis gemaakt met een vriendelijke, oudere heer, die -naar later blijkt- verliefd op haar was. Zij hoort dit pas na zijn dood, met het bericht dat hij zijn grote vermogen heeft nagelaten aan zijn neef, onder voorwaarde dat deze trouwt met Polly. De twee huwelijkskandidaten zijn niet bepaald enthousiast maar toch wel nieuwsgierig naar elkaar. Polly smeedt een sluw plannetje om die neef eens aan de tand te voelen. En op een aardige manier komt alles dik in orde met die twee.
– Bron: Toneelcentrale.nl