Publiek ziet ander Rijsbergs Toneel

-

RIJSBERGEN – Is het Rijsbergs Toneel een andere weg ingeslagen of blijft het gewoon bij een tussendoortje van een heel ander soort kaliber en uitvoering? De uitvoering Fedja biedt stof tot nadenken.

DOOR CHARLES LUIJTEN

Wat is de laatste jaren in feite niet veranderd? Behalve de tandarts dan want die doet je, ondanks het feit dat het wel lukt Kuypers de ruimte in te schieten, nog altijd pijn. De tijd holt door en je moet mee. Dat geldt ook voor het Rijsbergs Toneel dat drie dagen op de planken van Koutershof stond. De bezoekers kregen een heel ander Rijsbergs Toneel te zien dan dat ze tot nog toe doorgaans gewend waren.

Fabrieksdirectrice

Met een hoedje op, waaronder een paar muizenoogjes schuil gaan, paradeert zij als een drilsergeant met stokje onder arm op en neer voor een stel ooglijkende krijgsgevangenen in zwarte overall die dwangarbeid moeten uitvoeren. De actrice vertolkt de rol van Conny Colonie, een fabrieksdirectrice die een monument wil laten bouwen voor haar door een dolksteek omgekomen idool.

De boel wordt flink verstoord als iemand in haar beeld verschijnt waarop zij totaal niet had gerekend. Het is eenarmlastig artiest, die zich na gelang het stuk vordert voordoet als Fedja die met Conny Coloni en haar personeel een sprookje wil opvoeren. Met andere woorden: het is bij het Rijsbergs Toneel Geestesbeschaving anno 1902 dit keer dubbel op. Er wordt als het ware een toneelstuk binnen een toneelstuk opgevoerd, waarbij iedereen in feite een dubbelrol speelt.

Twee keer

Gedurfd. Het is niet ondenkbaar dat sommige toeschouwers de wenkbrauwen fronsen omdat het hen niet meteen duidelijk is waarover het nu precies gaat. De schrijver van het verhaal heeft het er met al zijn op het stuk losgelaten fantasie niet gemakkelijker op gemaakt voor zowel de kijker als de spelersgroep. Misschien moet je de voorstelling een tweede keer zien zoals wij hebben gedaan om het hele verhaal van kop tot staart te kunnen begrijpen. Zelfs de spelersgroep worstelde er na enkele repetities mee. Het zou me niet verbazen wanneer regisseur Eddy Haers zich verschillende keren achter de oren heeft gekrabd, daarbij denkende: waar ben ik aan begonnen?

Andere generatie

Het Rijsbergs Toneel heeft met het stuk Fedja aangetoond haar nek te durven uitsteken. Een productie die riekt naar meer aansluiting op datgene wat in het hedendaags theater valt te aanschouwen. Oubollige stukken verdwijnen meer en meer van het toneel. Zelfs kinderen lachen al niet meer om het woordje ‘poep’. We moeten ons realiseren dat langzaam maar zeker ook een andere generatie toneelpubliek de stoelen gaat innemen. De reacties van veel bezoekers tijdens de pauze van de voorstelling en daarna liegen er niet om. Hoe men het echter ook draait of keert, meningen zullen altijd verschillend zijn en blijven. Misschien dat de leescommissie van het Rijsbergs Toneel met door het oog te laten vallen op Fedja een tikkeltje te hoog heeft gegrepen. Het neemt niet weg dat de uitvoering ervan, met name dankzij uitstekend spel van de twee hoofdrolspelers, goed is uitgepakt. Nog steeds geldt: het resultaat telt.